dinsdag 5 april 2011

De therapeut en zijn vakantie

Als psycholoog heb ik al vroeg geleerd dat alles wat ik in een sessie doe betekenis heeft. Wel of geen kopje koffie, hoe laat haal ik de patiënt op, wanneer stop ik het gesprek of wat vertel je bijvoorbeeld wel en niet over jezelf.
Vakanties van de therapeut hebben daarin een speciale plek, zeker wanneer je voor langere tijd weg gaat. Het roept bij de patiënt vaak allerlei associaties op, van verlatingsangst tot fantasieën over de bestemming. Als therapeut moet je het hier dan ook over hebben. Het kan belangrijk materiaal voor de therapie opleveren. Hoe gaat de patiënt om met het nemen van afscheid en met de tijd zonder therapie.
Soms benauwt me dit wel eens. Zou het lekker zijn om “gewoon” op vakantie te gaan. Laatste week wat klusjes afmaken, zaken overdragen aan collega’s, out-of-office-reply aan en de deur dicht trekken. Als therapeut daarentegen zit ik in de positie waar ik niet zo vaak in zit. Namelijk dat ik het onderwerp van gesprek ben. Elke uur van de week, in welke fase van de behandeling dan ook en bij iedere patiënt.
Toch levert het ook mooie situaties op. En ben ik me weer bewust van de bijzonderheid van mijn werk.
Een van mijn vrouwelijke patiënt is enorm onveilig gehecht. Het heeft ruim een jaar geduurd voordat ze mij echt heeft leren vertrouwen. Mijn vakantie is dus bij voorbaat al een worsteling. Aan de ene kant voelt ze dat ze tijdens deze weken wel wat hulp zou kunnen gebruiken. Aan de andere kant is er het voor haar zo vertrouwde wantrouwen. En wat doe je dan?
Ons laatste gesprek gaat in eerste instantie over koetjes en kalfjes, afgewisseld door stoere uitspraken over hoe ze de tijd zonder mij gaat doorkomen. Ze hoeft echt geen overbrugging, dat is duidelijk!
Echter gedurende het gesprek neemt de spanning toe. Langzaam aan wordt ze wordt ze een beetje onrustig. Ze valt een beetje stil. Je ziet haar worstelen. Totdat twee minuten voor het einde ze zacht zegt`ik wil toch graag een gesprek met iemand als je weg bent`
Deze ene zin is eigenlijk de beloning van een jaar hard werken. In deze ene zin komt zo veel samen. De toon is juist, niet zichzelf overschreeuwend of juist bagatelliserend. Ze geeft duidelijk aan wat ze wil. Ze kan zeggen dat ze mijn vertrek moeilijk vindt. En ze durft het aan om haar vertrouwen niet alleen aan mij te geven, maar ook aan een collega. Allemaal tekenen van zichzelf herstellende interne structuren.
Vroeger kreeg je het Donald Duck vakantiealbum, als cadeautje voor de lange reis. Dit voelt ook als zoiets. Ik kan met een gerust hart op weg.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten